donderdag 4 juni 2009

1201 Gare de Cornavin (2)



Een dubbelboeking. Die Zwitserse kropdragers hadden mijn kamer vergeven en wilden me - Schuldigung! - doorsturen naar een naburig hotel.
Maar ik wílde helemaal niet naar een ander hotel.
Ik wilde die avond, in dit hotel, in de kamer die ik een maand geleden al had gereserveerd, op bed, met mijn schoenen nog aan, in doorleefde eenzaamheid DE ZAAK ZONNEBLOEM lezen.
Dat was hoe ik erover dacht.
(Het was alleen niet wat ik zei. Men moet zich niet belachelijker maken dan men van nature al is.)
Op mijn grimmige hoofdschudden volgde vlot een al te toevallige ingeving.
‘We zouden u misschien kunnen onderbrengen in… Moment…’
Wel, in wat?
De bezemkast? De machinekamer van de lift?
Die lift?