donderdag 30 april 2015

Slechte ingewanden


Vooruit dan maar. Als wellevend bescheid op zijn Jacobsiaanse presentje liet ik me door D. de eerste Nederlandstalige druk van De Valstrik aansmeren. Zónder Kuifje’s punt, maar mét een onderhoudend bijvoegsel: een exemplaar van het stripmagazine Titanic, uit begin 1987. Edgar Jacobs is dan koud ingeslapen en wordt herdacht door tekenaar Frank Bierkens, alias Frank Bierkenz:


Herinneringen zonder twist – of het moet het curieuze opvoeren van Warhols ‘Marilyn diptych’ zijn. Niettemin maakte Bierkenz’ wat onbeholpen in memoriam een flintertje weemoed in me los en ik verheugde me zowaar op een hernieuwde ontmoeting met professor Miloch.

Het colofon van Titanic duwde me in een andere richting. Vaste medewerker van het magazine: Martin Lodewijk. Via uitzending gemist volgde ik alsnog de geestelijk vader van Agent 327 – hangend boven de tekentafel…:


…camera onder zijn snufferd, mijmerend over de dood van zijn broer.

Verdoemde melancholie. Tsjechov indachtig (‘Soms wordt weemoed veroorzaakt door slechte ingewanden’) gaf ik me over aan de reinigende ethanol uit de Poolse wodkafles.

dinsdag 28 april 2015

Überformat


Nog iets besteed op die vermaledijde vrijmarkt? Jawel, twee schamele euro’s voor de catalogus Tim und Struppi - 60 Jahre Abenteuer - vooral interessant door deze fraaie reproducties in überformat:


De met donkere grijsvlakken herwerkte originelen van OR NOIR voor Coeurs Vaillants. Mijn verwende oog bleef tenslotte hangen op dit tafereel:


Onze held met de twee detectives aan het venster van zijn appartement – verschrompeld tot dwergjes onder een kolossaal schuifraam. We hebben het vaker gezien en het blijft me verbazen, die incidentele worstelingen van Hergé met de correcte verhoudingen.

donderdag 23 april 2015

Scheepsberichten (2)


Onder de kavels op de maritieme veiling in Parijs treffen we ook een aantal scheepstelegrafen waaronder deze robuuste Chadburn:


De richtprijs (€ 800 – 1200) is slechts een fractie van de ruime ton die Christie’s vorige maand binnenhengelde met deze thematisch verwante schetsen…:


…voor pagina 56 van COKE:


Haddock toont zich hier weinig ingenomen met de scheepstelegraaf aan boord van het slavenschip Ramona. In de oorspronkelijke versie vervloekt hij...

...dit nepspul van de bazaar...

In een Nederlandse vertaling stelt hij een scheepskapitein nogal onwaardige vraag:

Wie heeft er ooit zo’n ingewikkeld dom ding ineen geknutseld?

Maar ingewikkeldheid is hier nu juist helemaal niet aan de orde, beroerde kwaliteit wél. Zie hoe Haddock met één ferme schop niet alleen zijn schoen ruïneert, maar ook - en erg gemakkelijk - de poot van het apparaat. Een knappe prestatie! Zelfs op de zeebodem blijft de gemiddelde scheepstelegraaf, aangevreten door de elementen, nog tientallen jaren fier rechtop staan - zoals dit exemplaar op het wrak van de Seiko Maru*:


Enfin, na Haddocks uitbarsting doen de wrakstukken van de scheepstelegraaf niet alleen denken aan een week uurwerk van Salvador Dalí...:



... maar maken ze ook een vette knipoog naar de verwoestende deconstruction performances uit de vorige eeuw:




*) Het Japanse stoomschip zonk, na verschillende Amerikaanse aanvallen, op 19 februari 1944 naar de zeebodem rond de Chuukeilanden, 1800 mijl ten oosten van Pulau Pulau Bompa.

dinsdag 21 april 2015

Scheepsberichten (1)



Toooot… Ook op een maritieme veiling weten ze bij ArtCurial iets van Hergé ertussen te moffelen. Het affiche uit 1980 steekt wat bleekjes af bij het grafisch vuurwerk van Cassandre, Auvigne en Tonelli – maar het is vooral een reclameposter uit het begin van de vorige eeuw die de aandacht trekt:


Kavel 81: verrassende vondst op de zeebodem door een ongeduldige duiker die zich meteen beklaagt: Que lástima no puedo beber lo - wat jammer dat ik het niet kan opdrinken!
Advertentie van het Franse cognac-huis Otard voor de Mexicaanse markt, uit omstreeks 1910. Vervang dat jaartal door 1943 en vervang de cognac door rum en je hebt… Inderdaad:



maandag 20 april 2015

Platengala


Hoe in de jaren vijftig van de twintigste eeuw albums werden verkocht:


Onweerstaanbaar aanbod voor de krantenlezer: wondermooie boeken voor 3 gulden 95 met tussen de 700 en 800 platen in veelkleurendruk…

In 1956, met de verschijning van De Zaak Zonnebloem, krijgt men voor dezelfde prijs zelfs nog aanzienlijk meer*:


Maar twee jaar later al wordt voor dat extraatje de rekening gepresenteerd…


Het nieuwe Kuifje bevat weer minder platen* voor méér geld.


*) Wat denk je? Kloppen deze aantallen? De inzenders met het juiste antwoord maken kans op een mooie retro platenkoffer met ruimte voor twintig platen.

donderdag 16 april 2015

Bezeten door broeksplooien


De post bracht Jacobs 329 dessins - presentje van D. dat ik mocht opvatten als een versluierde aanmaning: Koop je nog ‘ns iets van me?

Geheid een mooie uitgave, maar het boek kantelt rap naar een nogal vermoeiende showcase van Jacobs’ obsessie voor correcte (zeer theatrale) lichaamshoudingen:


Uitgebalanceerd in het raster hierboven zien we Blake een greep doen naar iets dat voor hem pas later tastbaar is:


Het is een pikhouweel, een rekwisiet dat hem lijkt te worden aangereikt. Let overigens op de wonderlijke moeite die het Jacobs hier kost om handjes te tekenen.

Ook de vermakelijke bezetenheid van de tekenaar met broeksplooien komt voor het voetlicht:


Sinds de professor zijn Schwarzenegger-torso onthulde in SATO…:


…blijven die hoog gesneden pantalons van Mortimer een enigma.

Enfin, veel opzienbarends levert het boekwerkje niet op. Of het moet die wilde haardos in de hallucinante tekening van professor Miloch zijn:


Jacobs spaart, na alle commentaar op zijn gruwelijke toekomstvisie, de tere kinderziel en maakt de schurk in de finale versie van De Valstrik een tikkeltje minder schrikaanjagend:




Volgende week: 830 tekeningen voor 4,25

dinsdag 14 april 2015

Alles is onder controle


En nog maar eens een ijzig gangsterdrama van Jean-Pierre Melville bekeken. Vooral zijn films met Alain Delon zijn, op momenten, strak gechoreografeerde studies in onderkoeld roken:



Delon beheerst de archetypische mimiek van de ultra-coole roker tot in zijn vingertoppen. Weetje van de dag: Hergé doet niet voor hem onder. Kijk eens naar de stappen die de Tekenaar hier* vlot en soepel maakt…


…om uiteindelijk bij de up-down symmetrie van 5 uit te komen: peuk naar beneden, vernauwde blik scheef omhoog. De sigaret – nog onaangestoken, een belangrijk detail! – kleeft knap aan de lippen (wat vooral in 4 een intrigerend expressief beeld oplevert). Alles is onder controle, zoveel is wel duidelijk. En vanzelfsprekend is alles ook illusoir. Want hé, dit is wél de wereld van Hergé.


*) Fragmenten uit een aflevering van de Canadese televisiereeks Premier Plan, uitgezonden in 1962, opgenomen eind juni 1961 op het landgoed dat de Tekenaar dan kortelings tezamen met zijn Germaine heeft verruild voor een appartement en een bijna dertig jaar jongere ex-medewerkster.

maandag 13 april 2015

Een wrekend Boem!



Aankondiging van Het zwarte goud. Van de voorpagina van dagblad De Tijd, 23 april 1955.

In een onnavolgbaar leutig stukje (fuifnummer Bob de Moor zou er zijn vingers bij hebben afgelikt…*) worden Jo en Suus weer naar school gestuurd en stelt de krant haar lezers een nieuwe held voor: ‘een jongeman van iets boven de leerplichtige leeftijd’.


*) …en we horen de geplaagde France Ferrari diep, heel diep zuchten…

donderdag 9 april 2015

Tijd voor thee (3)


Numa Sadoul maakte begin jaren zeventig méér kiekjes in de Studios, bijvoorbeeld tijdens de beruchte thee-uurtjes, die zich al sinds de jaren vijftig werktuiglijk aaneenregen.


Josette Baujot en France Ferrari.


V.l.n.r.: Baujot, Nicole Van Damme, fris overhemd met geplooide Tekenaar.


Bob en Georges: brandpunt van het Heure du thé.

‘Monsieur Bob vertelde gerust elke dag en dat twee weken achtereen dezelfde mop. Georges vond dat meer dan hilarisch. Dus dan lachten we maar mee.’
Dixit France Ferrari in een zeldzaam openhartig gesprek met journalist Guy Teisseire.


Links nog een gedreven meelacher: Baudouin van den Branden de Reeth.

Vooruit, pikken we hem ook nog even mee (al was het maar voor de wat vettige coiffure die herinneringen opwekt aan mijn oude gymnastiekleraar):


En hier door Sadoul gekiekt op Céroux-Mousty:


Van de opbrengsten van het Alex-album ‘Het afgodsbeeld’ heeft Martin een nieuwe pantalon voor zijn Bruno (links) gekocht, model Ligne Claire.

woensdag 8 april 2015

Alles slijt



S. troonde me mee naar Londen - naar een kunstwerk dat eind vorige eeuw zo’n diepe indruk op haar maakte: My bed van Tracey Emin.

Korte inhoud van het voorafgaande: in 1998 lag de kunstenares gedeprimeerd onder de wol na een verbroken relatie. Vier dagen later stapte ze er weer tussenuit en maakte van het bed een (destijds) controversieel kunstwerk*: een readymade van vuile lakens en ondergoed met menstruatievlekken en, op de vloer, condooms, peuken, een lege wodkafles, pantoffels... Sinds eind maart is het, voor het eerst in zestien jaar, weer te zien.

Korte inhoud van de voorbije week: we gingen naar de Tate waar geen sprake was van bewondering, maar van onberoerdheid en zelfs van verveling. De tijd fnuikt herinneringen en gevoelens. Sikkeneurig en een tikkeltje zwaarmoedig bedierf S. nadien het etentje in de stijve sterrentent van Alain Ducasse - waarna we beiden slecht gehumeurd in ons hotelbed stapten. Dat lag overigens weer zo lekker dat we heerlijk misnoegd in slaap vielen.

Maar goed. Waar waren we?


Dinsdag 26 oktober 1971. Georges doet voor de camera van Numa Sadoul alsof hij zijn tas inpakt. Daarna praat het tweetal over BIJOUX en over de overeenkomsten tussen Castafiore en Germaine. ‘Ik reken af,’ zegt de Tekenaar, ‘maar zonder gramschap.’


*) In 1999 geëxposeerd in de Tate en verkocht voor 150.000 pond, vorig jaar geveild voor ruim tweeëneenhalf miljoen.