maandag 25 augustus 2008

Grijstinten (3)


De beste manier om een probleem op te lossen, is de humor ervan te ontdekken. Dixit Arthur C. Clarke. Maar wat als het antwoord op die vondst niet ook een kwinkslag is, maar twee (!) aangetekende juridische brieven? Dan stapelen de problemen zich alleen maar op.

Wel, klaarblijkelijk mag ik hier frank en vrij en met lichtvoetige distantie over de pathologie van een Kuifje-verzamelaar (lees: over mijn hoogstpersoonlijke eigenaardigheid) schrijven. Begeef ik mij echter buiten de intimiteit van mijn eigen collectie, dan zijn de rapen gaar.

In 1988 betaalde ik 2500 gulden voor een genummerd en gesigneerd exemplaar van PAYS DES SOVIETS. Twintig jaar later wordt er voor hetzelfde album het twintig- of zelfs dertigvoudige bedrag geboden. Met het katapulteren van de prijzen, heb ik ook de laagheid van sommige ‘verzamelaars’ tot grote hoogte zien stijgen. Die donkere kant had ik hier graag met aansprekende voorbeelden belicht. En misschien komt dat er ook nog van.

De waarheid van dit moment is dat een medeverzamelaar met een alleszins bezoedeld blazoen én een organisator van veilingen mij juridisch de mond proberen te snoeren. Lichtvoetigheid is nu het eerste dat sneuvelt, op dit moment ben ik gedwongen zélf juridisch advies in te winnen. A la recherche du Tintin perdu zal een weekje stilliggen. De bijdrage van afgelopen donderdag heb ik voorlopig verwijderd.*)

*) Op maandag 27 oktober deels teruggeplaatst. En weer verwijderd. Op juridisch vlak ben ik, vrees ik, een onnozele hals.

vrijdag 22 augustus 2008

Grijstinten (2½)


‘Ga je nou de vuile was buitenhangen?’ vraagt S. kregel. Ze verwijt me dat ik met die open brief van gisteren de oude Gulden Regel schendt. Wat gij niet wilt dat u geschiedt…
Ze heeft het mis.
De Regel heeft evenveel varianten als er verwensingen zijn in het vocabulaire van Haddock. En heel stoer verkondig ik dat ik slechts Tony Soprano volg in zijn interpretatie: ‘Ram de ander in elkaar met hetzelfde respect waarmee je zelf in elkaar geramd wilt worden.’
S.’ spottende lachje is respectloos. Als gangstermeisje is ze ongeschikt.

woensdag 20 augustus 2008

Stukjes


“Zie je, het is een puzzel in 500 stukjes, zonder doos dus zonder voorbeeld en incompleet want je begint met één stukje en als je 600 stukjes hebt, zou je kunnen vrezen dat het een puzzel in 1000 stukjes is, tot je de doos vindt: 2000 stukjes! Maar als je 2300 stukjes hebt, weet je dat je de verkeerde doos hebt, en de verkeerde afbeelding… en dan ben je nog maar net begonnen.”

Boudewijn Büch over zijn imposante boekenverzameling

dinsdag 19 augustus 2008

De waarheid is de veiligste leugen


D. ontmoet op een beurs in Kampen. Voor een COKE EN STOCK met wat krabbels van Bob de Moor (innemend schetsje van stoomvrachtschip) telde ik negen hagelnieuwe biljetten van vijftig euro neer. Daarna met gemengde gevoelens het Stripspektakel ontvlucht, vooral ook omdat het er wemelde van families met kinderen en de leegte me naar de strot greep.

Overigens ben ik wel degelijk gestopt met verzamelen. Deze nieuwe aanschaf dient louter als cosmetische upgrading van de collectie, voor als de boel straks onder de hamer gaat.*

* Nu ja, men liegt het hardst als men tegen zichzelf liegt.

maandag 18 augustus 2008

Germaine (3)


Liefdeloos is evengoed de biograaf die geen reserves kent in het gebruik van zijn bronnen. Heeft de eerste vrouw van Hergé werkelijk voor de camera beweerd dat ze diens minnares (lees: ‘het inkleurstertje’ Fanny Vlamynck) een trut vindt? Niet natuurlijk. Ze noteert haar woede en haar wanhoop in een agenda. Dagboekaantekeningen zijn het amper te noemen; het zijn gedachteflarden, hoogst persoonlijk, hoogst pijnlijk en apert niet voor de openbaarheid. Germaine Kieckens had enkel de pech dat ze in handen vielen van een biograaf die geen maat kan houden. Philippe Goddin strooit in zijn LIGNES DE VIE onbarmhartig (en vér voorbij het punt van noodzaak) met citaten.

Tweede dolksteek in de rug van Germaine komt van Moulinsart dat goedkeuring verleende aan een stuitend slechte vertaling. In LEVENSLIJNEN wordt de ex van de Tekenaar ook het laatste restje waardigheid ontnomen: door het mismaakte Nederlands klinkt ze als een labiele bakvis.

vrijdag 15 augustus 2008

Retour afzender


D. verhaalt over de woede waarin hij ontstak na aanschaf van Philippe Goddins LEVENSLIJNEN. Ik vond de wanstaltige vertaling een minpunt, maar D. achtte het piep-knor-Nederlands in deze biografie niet minder dan misdadig: hij zond de kaft (zonder binnenwerk, mét giftig commentaar) retour naar het uitgeefteam van Moulinsart.

Zo’n onomwonden blijk van afkeuring zou Hergé acuut hebben aangezet tot een nederige respons - verontschuldigend én allicht met een zorgvuldig geplaatste kwinkslag. Maar D. wacht al maanden op een antwoord.
‘God, wat háát ik hun liefdeloosheid,’ brult hij furieus in zijn mobieltje.
Geschrokken houd ik hoorn en verwensingen op afstand en beeld me in dat ik opnieuw de fout heb begaan Haddock te bellen in plaats van Van Kampen.

donderdag 14 augustus 2008

Stoppen met Kuifje (6)


En de Tekenaar, hij steekt er nog maar eentje op (hier voor de ruïnes van de abdij van Aulne, mei 1943). Ik moet mezelf voorhouden hoe moeiteloos ik ooit de sigaret uit mijn leven verjoeg. Waarom lukt het me dan niet om te stoppen met Kuifje?

D. belde gisteravond, merkte weer eens kwaadaardig laconiek op dat hij van alles heeft liggen. De opsomming was gekmakend. Tenslotte ging ik om voor een COKE EN STOCK (een niet-bijzondere uitgave uit ’63) met een dédicace van Bob de Moor. ‘Ik wist het wel,’ zei D. triomfantelijk.
Met sommige vrienden heb je geen vijanden nodig.

woensdag 13 augustus 2008

Op datzelfde moment



Soort van vrije dag. Op de fiets naar R. met een Rackham le Rouge. Moet een halve meter plakband uit gepeuterd. Minstens. Korte tussenstop bij Lambiek voor bestelling. Weer naar buiten, want: tas nog aan stuur. Catastrofe!

Portemonnee vind ik vijf minuten later terug in de Leidschestraat. Leeg. Rackham ligt opengeslagen op de tramrails. Stelletje eerloze dienaren van Beëlzebub!

R. zal extra zijn best moeten doen.

dinsdag 12 augustus 2008

Nieuw licht op Hergé (1)


Acteurs zijn vee, een opvatting die men toeschrijft aan Alfred Hitchcock. Hiermee geconfronteerd in een interview nam de regisseur overigens afstand van deze hartvochtige zienswijze: ‘Het enige dat ik destijds heb beweerd, is dat men acteurs moet behandelen als vee.’
Hitch onthulde in hetzelfde interview op welke regisseur hij jaloers was: ‘Weet u, ik zou graag Walt Disney zijn. Die gaat op een geweldige manier met zijn acteurs om. Als eentje ervan hem niet meer bevalt, verscheurt hij die gewoon.’

Hergé die Kuifje verscheurt. Ten slotte. Finale sequentie in een gedroomde biografie:

‘Het is volbracht,’ mompelde de tekenaar en wierp zijn vernielde geesteskind voor de voeten van zijn belangrijkste medewerkers. Jacques Martin en Bob de Moor zijn vele jaren later eenstemmig in hun herinnering aan dat ontstellende moment: ‘We wisten dat het voorbij was. En we beseften dat Vlucht 714 nooit voltooid zou worden.’

(Elke verzamelaar heeft zo zijn eigenaardigheden. De laatste jaren herschrijf ik in gedachten het levensverhaal van de Brusselse tekenaar. Of is het juiste woord hier verbeteren, zoals Hergé telkenmale de perfectie zocht?)

maandag 11 augustus 2008

Kinderspel


Gedoemd zijn zij die terugkeren. Alle goede voornemens ten spijt: een (ook nog eens...) veel te hoog bedrag neergeteld voor de Dubreucq-puzzel van CIGARES. Ruim zestig jaar oud, maar in een onberispelijke doos. Tegen die volmaaktheid stond ik machteloos.
Welbewust heb ik de voorbije decennia albums verzameld en me verre gehouden van de gadgets. En deze puzzel is niet eens compleet! ‘Zoals er ook aan jou iets schijnt te ontbreken,’ bejegent S. me traditioneel vijandig. Beschaamd om mijn zwakheid trakteer ik haar op een etentje buiten de deur. Wijn en rekening zijn adembenemend en overvleugelen de gêne. De man die voor private satisfactie kinderspeelgoed koopt, participeert al even ruimhartig in volwassen vertier.