zondag 8 juni 2008

Gezwets voor de ruimte



Met Theo van Gogh voerde ik, eind jaren negentig, Prettige Gesprekken over verzameldrift en de zeurende onrust die zulks met zich meebrengt. Omdat echtgenote S. in die tijd en in een zekere maand productiewerk voor hem deed, viel de cineast op onmogelijke tijdstippen bij ons binnen. Hij kon ook lang kouten over Kuifje, wat trouwens geen bewijs is voor een wezenlijke belangstelling: als het erop aankwam, kletste Van Gogh desgewenst over álles. Ik herinner me een kleine aanvaring over RAKET NAAR DE MAAN. Ik heb dat altijd een beetje een misbaksel gevonden, geen avontuur in klare lijnen, maar een uitgesponnen monoloog van de auteur met enkele doorzichtige zijlijntjes voor wat broodnodige actie. En toch, volgens de filmer was het een prachtige, narratieve vondst. Door al het gezever snakt de lezer naar adem en is hij helemaal klaar voor het zuurstofarme MANNEN OP DE MAAN. ‘Gezwets voor de ruimte. Geniaal!’ vond Theo.