I.
Spleken met ploblemen:
Serafijn Lampion kan de R niet uitspreken omdat hij een pen tussen zijn lippen heeft. Observatie van Har Brok in een artikel over de taal in de Kuifje-albums. Brok merkt fijntjes de inconsequentie op in ‘veldraaild’, maar waagt zich niet aan empirisch onderzoek. Hij constateert dus ook niet dat de vertaling onzinnig is:
Uit dit origineel kunnen we opmaken dat de pietluttige Hergé daadwerkelijk een pen in de mond moet hebben genomen voor een authentieke fonetische weergave. De R kun je gewoon uitspreken (probeer maar eens), het zijn de S en de C die in de verdrukking komen. SAPRISTI wordt dan inderdaad zoiets als CHAPRICHTI.
II.
Har Broks beschouwing las ik overigens in dit 43 jaar oude nummer van Striprofiel:
…voor een habbekrats op de kop getikt, inclusief de originele nietjes.
Weemoedig stemmend stencilwerk met onder andere een aardig interview met de dit jaar overleden Jan Steeman. Eerder noemde ik hier zijn vrolijk ongerijmde ‘Sjors en Sjimmie op safari’ een petit chef d’oeuvre, met voortreffelijke prentjes waarin altijd véél te zien, te horen en te beleven is:
Nu blijkt dat de tekenaar zelf met dat overvolle in zijn maag zat. Over scenarioschrijfster Annelies Dekker merkt de 42-jarige Steeman in Striprofiel zuinigjes op:
‘Annelies had wel van die dolkomische ideeën, maar met haar tekst zat ik altijd met levensgrote problemen. Ze liet dingen gebeuren die bijna niet te tekenen waren, en dat komt omdat ze geen visueel inzicht heeft. Ze liet massa-scènes gebeuren waarbij zóveel dingen zichtbaar moesten zijn, dat kon gewoon niet, en ze kan dat maar niet begrijpen.’
III.
De tekenaar bekritiseert zijn scenariste en wordt enige pagina’s later zélf door de hoofdredacteur van Striprofiel de maat genomen. Die hoofdredacteur heet Peter de Wit (jawel, de Peter de Wit) en voor een jochie van amper zeventien observeert en formuleert hij scherp:
Jan Steeman heeft de figuren [Sjors en Sjimmie], al dan niet langzaam, aangepast aan zijn stijl wat bij een aantal rare effekten geeft, zoals het hoofd van Sjors dat van achteren een gele bol is, de kuif van de kolonel die een raar zwieber omhoog maakt en Sally… ja Sally, zij is, zoals veel van Steemans vrouwen, goedbeschouwd niet om aan te zien*.
De Wit had zich zomaar kunnen ontplooien tot een eminent stripjournalist, maar koos uiteindelijk – chaprichti! – voor de weg van de minste weerstand.
*) Voor wie het originele typewerk helemaal wil lezen: