I.
Korte samenvatting van de Sotheby’s-veiling: bijna twee ton voor de reusachtige Irma, maar de arme Germaine blijft een winkeldochter.
Dit origineel uit de epiloog van SCEPTRE was goed voor € 327.000…:
…en dat ondanks de waarschuwing in de catalogus: ‘De plaat bevat meer tekst dan normaal’.
Maar wat is normaal in het universum van Hergé?
Op de voorafgaande pagina dansen nog veel meer letters voor het oog van de lezer. En kregen we niet korte tijd later de arme broer Vogel voor de kiezen die in overvolle kaders bijna naar lucht moet happen?
Het eerste deel van het MAAN-tweeluik, tekstavontuur bij uitstek, moet zich dan ook nog aandienen.
II.
Zuurstof (lees: zeelucht) dient zich op de geveilde SCEPTRE-pagina alsnog aan op het laatste plaatje. Wie het iets nauwkeuriger bestudeert, ziet hoe Hergé heeft moeten worstelen met de verhoudingen. Het grootse, ruim achttien meter lange watervliegtuig van Lioré et Olivier komt er letterlijk bekaaid vanaf tegenover de sloep met onze helden.
In de gecomprimeerde kleureneditie gaat het mis…
…met een watertaxi die hoe dan ook niet afkoerst op dat vliegtuig...
III.
Net als tegenwoordig hogesnelheidstreinen (Thalys versus Fyra), bouwden de Fransen destijds betere watervliegtuigen dan de Italianen. Die probeerden in de jaren twintig hiermee de markt te veroveren:
De Caproni Ca.60, een toestel dat prompt crashte in het Lago Maggiore. De botanische tuinen langs de oevers van dat meer zijn overigens wél subliem.