Naar Brussel om - op een beurs - de hand te leggen op de tiet van Duchamp*. En verdomd, wie we dáár hadden:
Très amusant dessin au crayon représentant Germaine Kieckens.
Tenzij de piepers in de fik staan, is het een groot raadsel wat nou zo grappig is aan deze potloodkrabbels.
Enfin.
Speciale beursaanbieding! Van € 4.500 voor € 1.150!
Zelfs S. had te doen met de onverkoopbare bakkersdochter.
*) Marcel Duchamp (Blainville 1887-1968 Neuilly-sur-Seine). « Le Surréalisme en 1947. Exposition Internationale du Surréalisme présentée par André Breton et Marcel Duchamp ». Luxe-exemplaar van de catalogus met de befaamde schuimrubberen vrouwenborst beschilderd in zachte, natuurlijke tinten, in een krans van zwart fluweel, gemonteerd op een roze kartonnen kaft.
maandag 31 januari 2011
Beursaanbieding (1)
donderdag 27 januari 2011
woensdag 26 januari 2011
Roodhuiden
L'attaque de l’auto par les Peaux Rouges, originele gravure van René Vincent, circa 1920.
Kavel 81 op Rétromobile, autoveiling van Artcurial waar ook Maserati’s en Aston Martins voor tonnen onder de hamer gaan. Weer eens wat anders dan de mottige modelautootjes (Tintin, Milou et Coco dans la voiture...) van Moulinsart.
Toch wordt ook hier de arme Georges er met de haren bijgesleept. Zie de toelichting bij de gravure, op pagina 36 van de catalogus*:
René Vincent illustrates the attack of a modern stagecoach against a background of skyscrapers, well before Hergé became interested in the New World, Indians and modernity. In fact, ’Tintin in America’ dates from 1931.
Zal zo wezen, maar dan nog is de exuberant futuristische racekitch van Geo Ham (kavel 87, let op de vierkante kaaklijnen) mij liever:
*) Een zinnenprikkelend boekwerk met hoog vroaar-gehalte.
dinsdag 25 januari 2011
Lieve help!
De deur gaat open en Mortimer deinst met een gesmoorde uitroep van schrik* achteruit… Voor hem verheft zich, ongeveer vijf voet boven de grond, een nachtmerrie-achtige vorm die dreigend en trillend voor hem staat.**
Bronzen E.P. Jacobs-asbak van producent Pixi, in een oplage van 25 exemplaren. Kost € 2400,-, de prijs van exact 500 pakjes Marlboro. Of zes (6) maal de volledige sushi-kaart van Japans restaurant Yamazato in Amsterdam.
*) Lieve help!
**) De 3 formules van Prof. Sato, plaat 26.
maandag 24 januari 2011
Tempeldieven
Onthullend mailtje van D. over de curieuze invitatie om...
...24 uur voor afslag te participeren op gevorderde goederen van de al dan niet verschoonbaar te verklaren onder voorlopig bewind gestelde hieronder vermeld.
Ter verduidelijking van deze juridische wartaal: D. werd in de gelegenheid gesteld om nog vóór de eerste openbare veiling een bod te komen doen op in beslag genomen materiaal uit Le Deuxième Souffle, de Brusselse stripwinkel van schuldenaar Michel Deligne.
Hij ging er niet op in.
‘Wie denken ze dat ik ben? Tony Montana die even een partij coke komt rippen?’
Deligne noemt zijn weldadige zaak Le Temple de la Bande Dessinée Ancienne.
‘De tempeldief, Al word hy niet op 't feit gegreepen, Noch zweeft de Straf niet ver van daar.’ (Horatius)
Mijn dealer, zoals ik D. hier wel eens gekscherend heb genoemd, blijkt zomaar een Man van Principes.
vrijdag 21 januari 2011
Welkom griepje
Zo stellig was het goede voornemen om de ongelezen-boekenstapel te decimeren, dat ik dat griepje alleen maar kon toejuichen. Tussen het beddengoed verteerde ik achtereenvolgens By Nightfall van Michael Cunningham (een eigentijdse Dood in Venetië vol pientere uitlatingen over moderne kunst), Memoires van een slecht mens van Theo Kars (‘Mijn voornemen is na te gaan hoe ik ben geworden wat ik nu op 67-jarige leeftijd ben’*) en Wilson van Daniel Clowes, het nieuwjaarscadeautje van D., inclusief een interviewknipsel waarin de tekenaar zich uitlaat over Hergé (later meer daarover).
In het fijne plaatjesboek In The Studio rept Clowes met geen woord over de geestelijk vader van Kuifje. Zijn inspiratiebronnen zijn des te verrassender. Pagina 179:
Links Clowes’ schetsboek (2002), rechts een… Zwarte Beertjes-pocket uit 1961. Dat de foto’s daarin van Kees Scherer zijn, verbaast me dan weer niets.
*) De ellendige aardworm is me nog 2500 euro schuldig.
dinsdag 18 januari 2011
woensdag 12 januari 2011
dinsdag 11 januari 2011
Lang gewacht
Zonneklaar was onze afspraak om kunst te zien, niet om kunst te kopen. Maar het weer gooide roet in het eten. Na een onvrijwillige bed-in van twee dagen, knaagde het gevoel dat er iets vereffend moest worden. In de Lower East Side stuitten we op de sculptuur die een jaar eerder mijn hart had gestolen.
‘Stel u eens voor,’ zei de galeriehouder. ‘Die heeft al die tijd op u staan wachten.’
De uitgekookte kolokwint.
Veelvraat Boudewijn Büch inventariseerde ooit de smoesjes waarmee verzamelaars hun bestedingen proberen te rechtvaardigen. Populair is: Maar andere mensen kopen een dure auto. En dus ook: Ik kon dit niet laten liggen. Het wachtte op me.
Enfin. De transportkosten vielen mee.
Naar verhouding.
maandag 10 januari 2011
235 West 44th Street
We hadden tickets voor The Merchant of Venice met Al Pacino. Maar ’s middags stak de wind op en het werd niet best. Dat wil zeggen: het werd de ergste blizzard sinds 1948.
‘En nu?’ vroeg S. ontgoocheld.
De wereld buiten ons hotel was wit en angstaanjagend.
‘We kunnen het erop wagen,’ opperde ik. ‘Misschien is het alleen maar psychisch.’
vrijdag 10 december 2010
Woord van dank
Terugkijken, daar krijgt men maar een stijve nek van. Desalniettemin ben ik voor het voorbije jaar aan verschillende mensen mijn dank verschuldigd.
Aan D. die me met een vervalst origineel/originele vervalsing in opperste staat van verwarring bracht. Aan B. voor het overrompelende kunstwerk dat we uit zijn Parijse woning mochten tillen. En aan Scudder, wiens opmerkingen, kanttekeningen en soms zelfs terechtwijzingen altijd weer een genot waren om te lezen.
Aan Luigi Ciciriello voor zijn geroosterde duifje uit de Vendée in truffeljus. Aan Robert die een kwart liter wijn uit een litho van Balthus wist te filteren. Aan de Absintdrinkster die zomaar een half jaar in mijn nabijheid verbleef. En aan Dick Matena en Marten Toonder voor de plezierigste leeservaring van het jaar.
Aan H., tot slot, voor die wonderlijke winteravond in februari. Maar bovenal aan S. die verdroeg dat ik haar op deze plek onbeschaamd vaak met het hoofd liet schudden.
Amsterdam,
10 december 2010
Waarde A la recherche-lezer, ik knijp er even tussenuit. Terug op 10 januari 2011. Een goede jaarwisseling!
donderdag 9 december 2010
Andere levenslijnen (2)
Koning Georges I van België, hier tijdens de uitvaartdienst van de op zijn motor verongelukte vorst Muskar XXI (Klow, juli 1969).
Nog net zichtbaar: dochter Albertine Elisabeth, de balsturige prinses die tijdens de condoleance een natte cake naar de Borduurse gezant wierp en de verhoudingen tussen de buurlanden opnieuw op scherp zette.
woensdag 8 december 2010
Het Betere Beeldverhaal (2)
Lot 328, richtprijs € 1800 - 2000. Een origineel uit het album ‘Het uitstel’ van Jean-Pierre Gibrat, een (volgens zijn uitgever) ‘navolger van de grote cineasten, René Clair, Julien Duvivier en daarbij nog Frank Capra en, dichter bij huis, Jean-Pierre Bacri en Agnès Jaoui’:Verschenen in de reeks Vrije Vlucht onder de hocus-pocusleuze: ‘Waar de roman in beelden verschijnt’.
De dwarse kijker in me wordt van zoveel pretenties een beetje lacherig en daarbij nog wantrouwend ook. Want: als hier zich een roman aan ons in beelden openbaart, waarom dan toch vijf (5) tekstblokken in die eerste drie plaatjes? Ik durf te wedden dat ze niets toevoegen.
En wat speelt zich hier eigenlijk voor gekkigheid af:Gokje: de kraag van de uniformjas maakt een onnozele opmerking en de mouw moet daar hard om lachen (‘HUH-HUH!’). Waarop het borsthaar van onze held verstoord opmerkt dat het afgelopen moet zijn met het gedonder: ‘Jullie hangen verdikkeme midden in Het Betere Beeldverhaal!’
dinsdag 7 december 2010
Het Betere Beeldverhaal (1)
Geen blauw bloed gezien overigens, op die vernissage. Wel toastjes met selderiesalade en mandarijn (‘Het heeft weer ‘ns totaal geen klasse,’ mopperde S.). Plus een oude kennis van The American Book Store die ongevraagd een hele verhandeling tegen me aan kwakte over ‘Het Betere Beeldverhaal’.
Bij die uitdrukking moet ik doorgaans denken aan ‘Uw Kostbare Platen’, een klassiek dialoogje van Kees van Kooten en Wim de Bie:
- Wat doe jij nou met Uw Kostbare Platen?
- Je bedoelt hoe ik mijn Uw Kostbare Platen opberg? Nou, sowieso niet in de hoes.
- Nee, dat spreekt. Je zal wel gek zijn. Dan help je je Uw Kostbare Platen gegarandeerd naar de verdommenis.
- Uw Kostbare Platen moeten ademen. Dan heeft men het langst plezier van zijn Uw Kostbare Platen.
Et cetera.
Bekentenis op de valreep van het nieuwe jaar: ik kan erg obstinaat worden van Het Betere Beeldverhaal. En bladerend door deze veilingcatalogus van Coutau-Bégarie raakte ik danig kregel.
(Morgen verder)
maandag 6 december 2010
Mille millions de sabords!
Presentatie in een galerie waarboven een hardnekkig gerucht hangt van koninklijk bezoek. En dus stuitert S. uren achtereen door het huis in diverse stadia van aan- en ontkleding (‘Is dít wat?’). Uit balorigheid peuter ik tenslotte een oud en diep weggeborgen verjaardagscadeautje uit de verpakking.
‘Die ga je toch niet omdoen?!’ klinkt het ontstemd.
- En waarom niet?
‘Omdat ie… vloekt bij je pak.’
Ze heeft niet ongelijk.
Maar toch.
Alleen al de gedachte aan zoiets schunnigs als een vloekende Haddock-das redt mijn humeur.
donderdag 2 december 2010
woensdag 1 december 2010
Bronnen (3)
Wat een mooi verkooppraatje:
Slechts 1 film per jaar maakt Fritz Lang...
De gedachte aan het vroegere werktempo van Hergé drong zich weer eens aan me op. Evenals de flagrante opvattingen van Marten Toonder: ‘De traagwerkers krijgen geen trilling; hun vliegwiel draait te langzaam, hun golflengte is te lang. Je moet jezelf op toeren brengen, dan ontvang je meer vibratie en van een hogere kwaliteit.’
En hop, weer die dekselse schuldgevoelens over mijn eigen laksheid. Om een depressie vóór te blijven, speurde ik haastig het web af naar compensatie. Hoe dacht de kritiek over Frau im Mond (De Maangodin) van uitslover Fritz Lang?
Dat hielp (een beetje).
dinsdag 30 november 2010
Bronnen (2)
In 1929 verscheen van de vlijtige Von Harbou Frau im Mond, een roman die een jaar later in de Verenigde Staten werd uitgegeven als De raket naar de maan (rechtsonder, met gedecimeerd stofomslag).Echtgenoot Fritz had het boek toen al verfilmd. De ingrediënten van deze wat netelige potpourri van sciencefiction en melodrama komen de doorsnee Kuifje-lezer bekend voor. Huib van Opstal maakte in zijn Essay RG een aardige opsomming:
Een zonderlinge professor die een maanraket bouwt, passagiers op britsen, een verstekeling, loden schoenen, voetsporen op de maan, een val in een maangrot, een spion, een schietpartij tussen passagiers, één zuurstoffles te weinig en één passagier die zich opoffert.
Er is ook een personage genaamd Wolf aan boord. Overigens niet de verrader, die rol is weggelegd voor der Mann, der sich derzeit Walt Turner nennt:
‘Wulps kapsel wel,’ zegt S.
Maar goed.
Ook een snijboon die, vrees ik, geen gek figuur zou slaan in de coterie van Hergé.
Morgen: Liefde, Haat, Nijd, Zaligheid en Verdoemenis.
maandag 29 november 2010
Bronnen (1)
Fritz Lang en partner Thea von Harbou in hun Berlijnse appartement, najaar 1924. Maar neem vooral nota van het opmerkelijke wandtapijt. Dan is de botanische stoffering van Céroux-Mousty toch een tikkeltje euh... minder elegant.
Von Harbou publiceerde twee jaar nadien een roman waarvan de eerste druk inmiddels een bibliofiele utopie is. Voor het stunning art deco dustjacket van de Engelstalige uitgave (uit 1927) ben ik zelfs bereid mijn obsessie voor nieuwstaat opzij te zetten:
Een boek dat moeiteloos past in de gietijzeren vitrine naast het enkele jaren jongere SOVIETS. Tussen Von Harbou en Hergé loopt immers een klare lijn.
Morgen: een verraderlijke snijboon.
donderdag 25 november 2010
Herlezen (3)
Een A la recherche-lezer stuurde me deze link, voor de goede verstaander een historisch addendum bij BOLLEN.
Eén (1) muisklik naar de bron.
Met weemoed dacht ik aan mijn kinderjaren waarin zoveel zo onmetelijk onbereikbaar leek en ik blij was met alles.
(Maar maandag meer)