maandag 22 mei 2017

Een vreselijke verdrinkingsdood in 1958


Drinken we een glaasje Vat69* op Hergé die vandaag, in besloten kring, zijn 110de verjaardag viert.

Hier zien we de tekenaar in 1958…


…en we kunnen wel raden waar hij a) zo geconcentreerd naar kijkt en b) aan denkt:


A) Naar de olievaten op het iconische COKE-omslag, en
B) Aan de vraag of hij, ten gunste van het dramatische beeld, de boel mag besodemieteren.

Voor de oplettende lezer van COKE komen die vaten niet uit de lucht vallen, zie de cliffhanger op pagina 33:


We weten hoe het dan verder gaat:


De bemanning is gevlucht, de schuit staat in de fik, Haddock vloekt, maar onze held merkt heel kordaat op dat er fluks een vlot moet gebouwd:


Vaatje links, vaatje rechts, planken ertussen, touwtje erom – gepiept in een half uurtje! Met die oplaaiende vlammen is dat beslist een tikkeltje ongeloofwaardig. Maar de omslagtekening van het album vergt uiteindelijk een grotere suspension of disbelief:



In de keurige kruissjorringen om de vaten, herkennen we de padvinder Hergé. Niettemin heeft hij een onmogelijk vlot geconstrueerd, nu met beide vaten aan één zijde. Zijn helden hadden - quidquid id est – al in 1958 moeten verzuipen.


*) Opmerkelijk toch dat een gecompliceerd personage als Hergé telkens weer teruggreep naar zo’n goedkope, vluchtige whisky zonder een spatje complexiteit...