I.
Aardig mailtje van D. die aanwezig was bij de veiling van Christie’s in Parijs en ‘stiekem’ hoopte op enig spektakel bij hamerstuk 105:
Maar na de ‘opgebouwde spanning’ volgde een ‘afknapper’:
‘De zaak was in minder dan een minuut beklonken. Veilige stapjes: 400. 420. 440. 450. 460. 480. 490. 500.000 euro. Klaar.’
Of je een half miljoen (exclusief de toeslag van ruim een ton) voor een prent van Hergé een afknapper mag noemen, valt natuurlijk te betwisten.
II.
Enig spektakel viel volgens D. wél te genieten in het staartje van de veilingavond:
Illustratie van Morris voor het magazine van Le Figaro:
Opvallend lage richtprijs (€ 20.000), opvallend hoge hamerprijs: bijna zes maal over de kop, met € 115.000 (€ 143.750 inclusief).
Lucky Luke neemt het op voor de persvrijheid, maar let vooral op de woorden van Jolly Jumper: Sans la liberté de blâmer, il n’est pas d’éloge flatteur – het devies van Le Figaro:
… afkomstig uit het blijspel Le Mariage de Figaro (1778 - nu vooral bekend als de opera van Mozart: La Nozze di Figaro) van de Franse schrijver, wapenhandelaar, diplomaat, spion (en heel veel meer) Pierre Beaumarchais.
Voor de vertaling kan ik teruggrijpen op een Nederlandse uitgave uit 1921:
Zonder het recht te laken is alle lof waardeloos… Een prachtig motto in Trumpiaanse tijden. Maar zie vooral óók wat er aan deze (onderstreepte) woorden voorafgaat - en waarover wijselijk wordt gezwegen.
III.
Voor de echte afknappers kijken we nog even naar de wat sneue L’univers du créateur de Tintin-veiling van Artcurial. De najaarseditie was vorig jaar alleszins een bloedeloze vertoning, zeker wat betrof de albumverkoop (42 procent bleef onverkocht).
De (nog onofficiële) cijfers van de veiling van gisteren blijken nog dramatischer. Van de 56 albums die onder de hamer gingen, vonden 35 (= bijna 2/3) geen koper. Zelfs voor het door Hergé aan zijn nichtje Marie-Louise opgedragen CONGO-album was onvoldoende belangstelling.
In de nalatenschap van Pierre Beaumarchais vinden we opbeurende woorden voor veilingmeester François Tajan: Je me presse de rire de tout, de peur d’être obligé d’en pleurer. *
*) Ik haast mij om alles te lachen uit vrees erom te moeten wenen.