Naar Art Rotterdam waar niets me werkelijk bij de kladden greep, maar waar de onverschilligheid gelukkig ook achterwege bleef. De dame met de satijnen Kalashnikov (gevuld met sesamzaad) was prettig ontregelend na de witter dan witte reliëfs van gewezen lieveling Jan Schoonhoven. Zélfs voelde ik een lichte tinteling bij het nieuwe werk van Sebastian Utzni…
… die oude comics verzamelt ‘which seem to anticipate the destruction of the World Trade Center’. Voor wat het is (de facto andermans kunstje achter museumglas) zijn de prijzen sky high, maar daar moeten we niet te kinderachtig over doen. De kunstenaar slaat munt uit zijn reputatie – ik vind dat gewiekst.
Plaatje!
‘La catastrophe annoncée’, zoals semioloog Pierre Fresnault-Deruelle het noemt* – de vernietiging van een maquette als vooruitwijzing naar de aanslagen van 9/11. Over de onnavolgbare bochten waarin Hergé zich wringt om de exacte locatie te verhullen, laat de gepensioneerde hoogleraar zich overigens niet uit:
‘Een enorme stad aan de andere zijde van oceaan waarvan het nutteloos is om de naam te noemen.’
Collega Jacobs hield zich tien jaar eerder ook al op de vlakte:
In Bombay, Rome, Parijs en Londen laat hij met zichtbaar plezier gruwelijke vuurstormen woeden, maar hier tekent hij slechts slappe rookwolkjes. De wolkenkrabbers van de Nieuwe Wereld lijken onbeschadigd, de gele horden hoeven slechts de lift naar de bovenste etage te pakken (‘Up to the roof, young boy!’) om hun vlag te hijsen.
*) In de boekuitgave ‘Hergé ou la profondeur des images plates’