maandag 30 juni 2014

De gevaarlijke grotemensenwereld



I.

Business Only Jets’ – uit het formidabele filmarchief van Britsh Pathé. Marsmuziek stuwt de geavanceerde zakenjet de lucht in, waar een typemachine, een bakelieten telefoon en een rekenlineaal (!) het moderne plaatje een tikkeltje ontwrichten. De Vlucht 714-ingrediënten zijn in elk geval amper over het hoofd te zien.

II.
30 juni – vandaag is het precies 47 jaar geleden dat de Congolese (en tamelijk onfrisse) politicus Moïse Tshombe ontvoerd werd in een gekaapte zakenjet:


Inspiratiebron voor Hergé? Nee, want ‘Vlucht 714’ verschijnt op dat moment al in het Weekblad. Maar een link met de Tekenaar lijkt wel te bestaan. Schrijft althans A la recherche-lezer René Norenburg die me op deze kwestie wees. Hij herinnert zich hoe hij eind jaren zestig als kind naar de promotieposter van ‘Vlucht 714’ aan de muur staarde. Norenburg:

Keer op keer bekruipt mij het gevoel dat ik iets in huis heb gehaald, dat niet meer eigen is aan mijn wereld met Kuifje & Bobbie, maar dat komt uit de gevaarlijke grotemensenwereld.

III.
De Kuifje-complotteur die zich deze zomer wil verdiepen in een pikante affaire (‘Een van de onopgeloste politieke misdaden van de twintigste eeuw’), moet ook dit filmpje bestuderen…


 

… en zich afvragen: wie is toch die geheimzinnige Pierre Davister?

IV.
Zelf vlieg ik er even tussenuit. Vanaf eind augustus zoeken we hier weer verder naar de Verloren Kuifje.

Voor spoedgevallen en noodverbandjes kunt u als vanouds bellen met de praktijk van zuster Fanny, tst. 421.

Bovenal wens ik u een deksels goede zomervakantie.




donderdag 26 juni 2014

Restauratie



‘Zoals klompen vroeger als bloempot dienden of speculaasvormen een haard versierden… werden stripplaten uit hun oorspronkelijke functie ontheven.’

Fragment uit een artikel over ‘de restauratie van een klassieker’ (en dan gaat het over De fantastische avonturen van Corentin Feldoé, van Paul Cuvelier). D. stuurde me de link en het paginanummer (43) naar de Striperfgoedspecial van het Vlaamse tijdschrift Faro.

Aardig verhaal, maar mijn aandacht werd nadien vooral getrokken door de vier pagina’s die ervóór liggen: ‘De donkere achterkant van een idool’, over – inderdaad – Willy Vandersteen en zijn morsige alter ego Kaproen. De aanleiding: het volledige onderzoeksrapport naar de oorlogsjaren van Vandersteen staat sinds een week online. Het blazoen van de Antwerpse volksjongen behoefde overigens geen renovatie, want zoals de auteur van het overzichtsartikel besluit: Het icoon was duidelijk sterker dan de smet.

maandag 23 juni 2014

Gedeformeerd (2)


Met de trein naar Zwitserland, voor een bezoek aan Art Basel. De beurs wordt ook wel aangeduid als ‘de Olympische Spelen van de internationale kunstmarkt’. Waarbij het wedstrijdelement nogal diffuus is en niet elke tak van sport toegelaten.

Voor wie zoetjesaan en tegen beter weten in is gaan geloven in de slimme marketingpraatjes van Artcurial c.s.* moet Basel een ontnuchterende reality check zijn. De negende kunst is er slechts aanwezig in het hoofd van de gedeformeerde liefhebber. Die stelt zich op voor een doek van Dewasne…


… en denkt aan Hergé:


Meer dan in Zürich (bij psychiater Riklin) zou de getroebleerde Tekenaar verlichting hebben gevonden in Basel. Het aanbod is er zo overweldigend dat vrijwel al zijn oude voorliefdes beschikbaar zijn: Poliakoff, Fontana, Noland, Rosenquist...

Van die laatste rekende Hergé in 1972 twee zeefdrukken af bij galeriehouder Leo Castelli in New York. De tekenaar was een van de eregasten op een internationaal stripcongres en had een paar uur eerder een onderonsje gehad met zijn Braziliaanse collega Maurício de Sousa:


… de onvermoeibare producent van tientallen stripkarakters die ook de kinderjaren van Ronaldinho verstripte. Waarmee we in elk geval één voorzichtige verwijzing naar het WK dit blog hebben binnengesmokkeld!


*) ‘Steeds duidelijker wordt dat het beeldverhaal wordt ingekapseld door het kunstestablishment.’

donderdag 19 juni 2014

Improvisaties



Coole jas, mooie schoentjes ook, rafelig bankje. Jazzpianist Horace Silver, gisteren overleden, op het studioalbum 6 Pieces of Silver. De opnames voor deze Blue Note-klassieker (met onder andere Donald Byrd en Hank Mobley) dateren van 10 november 1956*. Veertig jaar later componeert Silver het catchy ‘Serenade to a Teakettle’, geïnspireerd door, het zal niet verbazen, het fluiten van een theeketel.

ZWARTE ROTSEN, pagina 34, het fluiten van een held:


De jonge avonturier als hansworst… Dat dit album soms op een viering lijkt van ‘the uncool’ hebben we hier al eerder geconstateerd. Het absolute diepte-/hoogtepunt treffen we aan op pagina 12, tweede strook:


Bestudeer aandachtig deze prent en probeer dan een antwoord te geven op de volgende vraag: is dit Kuifje... of zien we hier Dirkjan in een Kuifje-tenue?


*) ‘De Zaak Zonnebloem’ is dan net verschenen en het zal nog (exact!) een jaar duren vooraleer Hergé bij zijn Germaine opbiecht dat hij muziek buiten de deur maakt met het inkleurstertje Fanny.

maandag 16 juni 2014

Wolfsklem revisited


Met die wolfsklem waar onze held zijn fragiele been in plaatst (in ÎLE NOIRE) zijn we dus nog niet klaar. Want ja, waarde lezer uit Dilbeek, dat de jonge Hergé er in juli 1937 ook een Petit Vingtième-omslag aan wijdde, zag ik geheel over het hoofd:


Er ontglipte me nog iets, een akkefietje dat zich afspeelt tussen deze twee plaatjes (KRISTALLEN BOLLEN, pagina 40):


Hier ontbreekt de cliffhanger zoals die verscheen in Le Soir, van 24 juli 1944:


De kapitein, hij zou toch niet…?


Jawel, zien we op 25 juli 1944. Een wolfsklem. Ook hij. En zijn zogenaamde vriend Kuifje lacht hem doodleuk uit!

De wolven, dat waren de Nazi’s, en dus zijn er wat vergezochte theorietjes over waarom Hergé vijf dagen na de aanslag op Hitler een wolfsklem laat dichtslaan… Maar daar gaan we onze vingers niet aan branden.


Donderdag verder.

vrijdag 13 juni 2014

Psychisch



Op de achtergrond: de maanraket van Hergé. Op de voorgrond: een volledig gerestaureerde, vroege versie van de Jaguar E-Type. De maanraket is een onbruikbaar schaalmodel, de Jaguar is authentiek en rijklaar. De maanraket werd eind vorige maand afgehamerd op ruim € 82.000, de Jaguar wordt begin volgende maand geveild en brengt waarschijnlijk iets minder op.
Dat is allemaal volkomen logisch.

De maanraket is vijf meter lang, de Jaguar slechts 4,45 meter.

donderdag 12 juni 2014

Ersatz


Onthutsend mailtje van een trouwe lezer over de herkomst van de Kujau/Hergé* en het treiterende beroep om niets met die informatie te doen. Bon, hier heerst een tandenknarsende stilte. En voort maar weer.

Le Journal de Tintin no. 161:


Aankondiging van de ingekleurde, oorspronkelijke versie van LOTUS BLEU die in de komende nummers wordt gepubliceerd. Het omslag wijkt een tikkeltje af van het origineel van Hergé dat weer een tikkeltje afwijkt van het ‘origineel’ van Kujau. Evengoed kunnen we opmerken dat Kujau een vervalsing heeft vervalst. De bijfiguren uit de jaren dertig ogen op de omslagtekening uit 1978 nog steeds authentiek, maar de Kuifje die Hergé hier op de voorgrond plaatst, lijkt een anachronisme.

2 augustus 1934 – en met hém wil ik onvoorwaardelijk meegaan in zijn Chinese omzwervingen:


Ondenkbaar dat dat sneue kereltje met zijn dik aangezette blosjes op het omslag uit 1978 dezelfde avonturen beleeft. Eind jaren zeventig tekent Hergé een ersatz-held, een valse Kuifje die je nimmer zult aantreffen in een opiumkit.


*) De verkoper gebruikt nu dit blog als verkoopargument en citeert nogal vrijelijk. Maar werkelijk oppassen is het voor de bijgeleverde lijst met ‘converserend uv-werend glas’. Zeker als het Frans glas is, zijn de rapen dan flink gaar...

woensdag 11 juni 2014

Vallend verleden


Gedenken we vandaag het ontzettende vliegongeluk van generaal Michielsen en luitenant Ter Poorten op Java, nabij Krawang, op 14 februari 1916. Persbureau Reuters seinde: ‘Het toestel viel recht uit de lucht, de twee inzittenden waren kansloos’:


Luchtvaartpionier en dienstfrik Hein ter Poorten had de dood evenwel voor het lapje gehouden:


En hij mag van geluk spreken:


Eenmaal ontslagen uit de donkere kamer valt Ter Poorten een paar maanden later opnieuw uit de lucht:


Maar opnieuw vallen de kwetsuren mee, hoewel we op een zeldzame foto van vele jaren later (28 juni 1941, opgeduikeld door Erik Varekamp) kunnen constateren dat de door elkaar geschudde Ter Poorten aan zijn vallende verleden wel degelijk iets heeft overgehouden:


Een authentieke Sponsz-coupe!





dinsdag 10 juni 2014

Greineerschrik



Verkoeling gezocht in het toneeldecor van de KunstRai (‘Een soort huishoudbeurs, maar dan met hedendaagse kunst en zonder gratis samples’, noteerde NRC vals). Van de voorgaande jaren kon ik me geen opwindende editie herinneren, maar toch... De vrees dat me iets zou ontgaan, zeurde en schrijnde als vanouds en was misschien wel net zo hardnekkig als de furunkel op de achtersteven van Hergé. Sigarenfabrikant en kunstverzamelaar Henri van Abbe noemde die angst ooit ‘greineerschrik’. Puzzelaars hebben een streepje voor: die weten meteen dat greineren een synoniem is van mislopen.

Zondagmiddag op de beursvloer constateerde ik dat ik niets was misgelopen als ik was weggebleven. Maar ten minste had ik dat met mijn eigen ogen gedaan, wat bijzonder kalmerend werkte. Ook dat had de oude Van Abbe als een aandoening kunnen wegzetten: ‘bevindingsdrang’.



Donderdag: Hoe vals was de oude Hergé?

donderdag 5 juni 2014

Postmodern funshoppen


I.
Valse verwachtingen, valse bekentenissen, een valse Sponsz* - uitsluitend in overdrachtelijke zin wilde ik deze week een dagelijkse duik nemen in de wereld van de vervalsingen. Maar dinsdag stuurde een lezer me een aantal links naar dit curiosum:


Een door meestervervalser Konrad Kujau gemaakt ‘origineel’ van Hergé, onder andere aangeboden op Marktplaats. Zou het heus? Eerste gedachte: Kujau heeft geen Hergé nagemaakt, maar een De Moor. En toch is het origineel van de afbeelding, voor een omslag van het Weekblad, wel degelijk geveild als een échte Hergé (voor de laatste keer in 2010, voor een tikkeltje meer dan € 40.000).

Tweede gedachte: dit is natuurlijk flauwekul. Of toch niet? Kujau, die hier één keer eerder voorbij is gekomen, vervalste inderdaad alles, dus waarom geen Hergé? (Sterker nog: een van de retrospectieve artikelen na zijn dood in september 2000 over zijn kunstvervalsingen, had als ondubbelzinnige kop: ‘Kujau: From Tintoretto to Tintin’.)

II.
Mailtje naar de verkoper die tevens een Nespresso-apparaat in de aanbieding heeft: Kunt u mij garanderen dat dit een originele Kujau is? Antwoord een halve dag later: ‘Niet voor de volle honderd procent.’ En zoetjesaan begon het me te duizelen. Als dit vervalste origineel ook geen origineel blijkt van Kujau, wat is het dan wel? Een vervalste vervalsing? Wat het ook niet makkelijker maakt, is de (grote) foto hierboven. Publiciteitsbeeld voor een Kujau-expo? Hij komt me bekend voor. Toch een echte Kujau?

III.
Alle details, van de ringbandsuggestie tot de correcties en verkleuringen plus de (voor een ‘origineel’ overigens nogal opmerkelijke) stempel van de Fondation Hergé lijken helemaal samen te vallen met de formule van de betere vervalsing. En zeker in dit geval verzuimt de aanbieder zijn belangrijkste verkoopargument te vermelden: deze vervalsing is aantrekkelijker dan het origineel omdat er domweg meer op te beleven valt. Voor een fractie van die dolzinnige veertig mille haal je een veel attractiever commentaarstuk in huis. En als het evenmin een originele Kujau blijkt, is het (de vervalser vervalst...!) hoe dan ook een postmodern kunstwerk.


*) Wonderlijke foto, via Erik Varekamp. Volgende week meer.

maandag 2 juni 2014

Valse hoop



Curieuze promotie voor het nieuwe avontuur van Kuifje. Vintage luchtvaarttassen, een onaangenaam ontvangstcomité en spontane bekentenissen (‘des aveux spontanés’) met de spuit van dokter Krollspell en een flesje Pentothal. Maar intrigerend is vooral het middenbeeld waarin de kunst van het weglaten tot het uiterste is doorgedreven. Wie goed kijkt, ziet nog heel vaag de contouren van een uitgebluste tekenaar.