Veel is natuurlijk de schuld van Hergé. Maar het was S. die plotsklaps haar zinnen op een tweede huisje had gezet. En waarom in hemelsnaam?
‘Lijkt het je dan niet fijn om heel ergens ánders thuis te kunnen komen,’ vroeg ze met haar liefste glimlach.
Sinds Shakespeare weten we dat er dolken schuilen in de glimlach van mensen. De tegenwerpingen van mijn kant zou ze ermee fileren.
‘Een plek waar onze eigen cd’s staan. En onze eigen boeken. Je zou er zelfs,’ opperde ze, ‘een deel van je albums kunnen neerzetten.’
Mijn collectie opdelen?
Daar kon geen sprake van zijn.
Maar toch… Ik kreeg een ingeving die voor een verzadigde verzamelaar ouderwets enerverend was. En dus begonnen drie maanden later onze uitheemse avonturen bij de lokale aankoopmakelaar, een Fransman die in lengte niet onderdeed voor de betreurde Lord Carnaval uit CIGARES.