De Verweesde Collectie is voor veel liefhebbers een niet te versmaden prooi. Maar toen D. me eens geestdriftig meetroonde naar de flatwoning van een overleden verzamelaar, was het niet de begeerte, maar de vertwijfeling die me deed duizelen. De compacte reeks Franstalige albums (en er zaten aantrekkelijke stukken tussen) schreeuwden niet om een nieuwe eigenaar. Ze bezongen hun ten slotte nutteloze samenzijn - alsof de dood van hun beheerder een bewijs inhield van de eigen, volstrekte betekenisloosheid. Waarom zou ik in godsnaam denken dat het zinvol was om deze boeken te verplaatsen?
Ontdaan nam ik me voor om nooit meer dit soort postume ontdekkingsreizen te ondernemen. Maar hebberigheid is hardnekkig als een parasiet.
Twee jaar later maakte ik, in soortgelijke omstandigheden, kennis met V. die al dagenlang schaamteloze onderhandelingen bleek te voeren met een onwetende nabestaande. En ook toen nam ik me iets voor - dat ik mezelf genadeloos zou afstraffen als ik ooit zo’n criminele inhaligheid zou vertonen.