Woensdagavond. Pestpokkenweer. Hoe beter ik luister, hoe harder het regent.
‘Kijk eens naar die druppels op het raam,’ zeg ik tegen S., ‘en je ziet interessantere beelden dan in één jaar Nederlandse cinema.’
Er zeilt een polderthriller door de lucht die ik net weet te ontwijken.
Deze vrouw heeft nog nooit met mijn albums gesmeten en ergens neem ik dat haar kwalijk.
Het beeld windt me op.