donderdag 12 november 2020

Een hemel druipend van het bloed


Ik herlas ‘De ongelukkige’ van Louis Couperus, wat een bezoeking was en de vraag deed rijzen wie toch het jochie was dat deze ingekookte historie ooit goed vond. Wat bezielde me destijds om enthousiaste uitroeptekens (!!) te plaatsen bij een hysterische alinea als deze:

En hij zag den burcht onder een tragische lucht van rood als droop de hemel van bloed en in de roode lucht hing de overrijpe maan als een barstende granaatappel en roode pitten regenden er uit in den open muil van een immensen draak, die zijn langen staart geslingerd hield òm de burcht en wiens open muil begeerig uit stak boven den hoogsten toren...

De ‘hij’ is Aboe Abdallah, de laatste bewoner van de Alhambra – fort van de Moorse heersers. Couperus’ Abdallah is de tegenpool van de Abdallah van Hergé, bijna apathisch in zijn lijdzaamheid en voortschuifelend door een universum dat niet zozeer kleurrijk als wel in een gekmakende opsomming van kleuren wordt beschreven.* Alsof inkleurster France Ferrari zich heeft gewaagd aan de romankunst.

En omdat toeval niet bestaat:


Voorpublicatie van LUNE in het Portugese tijdschrift ‘Cavaleiro Andante’. Afbeelding van de veilingsite van Catawiki dat deze week een flinke stapel Adantes (107) in de aanbieding heeft.

Let op de ‘tragische lucht van rood’ in het eerste plaatje (inderdaad, als druipt de hemel van bloed…), maar zie toch vooral de jas van onze jonge held die gloeit als een meteoriet.

Ter verkoeling het origineel, uit Le Journal van 30 maart 1950:



*) In ‘Lauwertakken en distels (de complete Couperus herlezen)’ opent auteur Coen Peppelenbos zijn hoofdstuk over ‘De ongelukkige’ veelzeggend als volgt:

‘De ongelukkige van Louis Couperus begint kleurrijk. Vrij letterlijk, want op de eerste tien bladzijden wemelt het van de kleuren. Als ik goed geteld heb: azuur (1x), blank(t)(e) (12x), blauw(e)(n)(de) (10x), bleek(te) (6x), blond(e) (4x), bronzene (1x), dofgoud (1x), donkerblauw (1x), geel (1x), gelig (1x), goudachtig (1x), goudblank (1x), goud(en)(en) (5x), goudbrond (1x), goudkleurig (1x), groen (1x), kopergloed (1x), nachtblauw (1x), nachtzwarte (1x), oker (1x), opalen (1x), parelmoêr (2x), purper(en) (3x), rood(e)(n) (15x), roze (2x), ros (1x), rozig(d)e (4x), smaragdgroen (2x), wit(ter) (23x), zilver(en) (2x), zilverig (1x), zwart (5x), zwart(-)roode (2x).’


dinsdag 3 november 2020

Dit is het grootste raadsel uit de wereld van Hergé


Met een frisgewassen mondkapje naar Vierlingsbeek, waar de jongerenafdeling van het Hergé Genootschap een volle dag had uitgetrokken om ‘voor eens en voor altijd’ (aan ambities geen gebrek!) de beruchte Code DM-18 te kraken – door de coronamaatregelen niet in het gekende zalencentrum, maar in een loods in de Doktorskuul, een moerassig gebied iets buiten het dorp aan de Maas.

Voor de gemiddelde Kuifje-liefhebber is het natuurlijk haarkloverij, maar in kringen van de radicale ultra-tintinologie geldt de DM 18-code als een van de grootste raadsels uit het universum van Hergé.


Omdat enkele Genootschap-jongeren hun ouders hadden meegenomen, werd de kwestie ter inleiding nog even helder uiteengezet.

DM staat voor de man die we hier druk aan het werk zien voor zijn onwrikbare baas Hergé:


Het is de Antwerpenaar Bob de Moor, in het voorjaar van 1950 toegetreden tot de Studios en meteen het Maan-avontuur ingerold waarvoor hij de vele technische details tekent, bijvoorbeeld de schuiftreden in de huid van de maanraket:


Hierboven ingeschoven, op het omslag van het Mannen op de maan-album uitgeschoven:


Let goed op, want dit verklaart het tweede deel van de Code DM-18. Tel de treden op het omslagfragment gerust na: het zijn er 18.

De volledige tredenset is vervolgens nog driemaal te zien in het album – en elke keer wordt het raadsel groter.

Pagina 25:


De Moor tekent 28 treden.

Pagina 28:


25 treden…

Pagina 29, tot slot:


21 treden!

Met name de reuzesprong van 18 naar 28 treden is verontrustend, omdat het zo overduidelijk niet om een klein foutje gaat. Het kan bijna niet anders dan dat de zeer nauwkeurige De Moor een crypto-communicatie aanzwengelt met de lezer, maar wat is zijn boodschap? Biograaf Harry Thompson omschreef, kort voor zijn dood in 2005, de getallenreeks 18-28-25-21 als ‘een volmaakte, vrijwel complete entree tot het onderdrukte genie Bob de Moor’. Zijn onderbouwing laat evenwel te wensen over.

Kwam er eindelijk een antwoord op de kwestie, tijdens de illegale bijeenkomst in de moerassen van Vierlingsbeek? Ik moet de PERDU-lezer teleurstellen. Juist bij de presentatie van de nieuwste feiten werd de loods door de politie ontruimd. Het ging er hard aan toe, de penningmeester brak een oor en ik was pas laat thuis. ‘Moet jij niet eens een andere hobby?’ vroeg S. terwijl ze een koude biefstuk serveerde.