vrijdag 30 oktober 2009

Milou-heffing



Post van een woedende A la recherche-lezeres uit Jemeppe-sur-Meuse die op last van de rechter haar hond Gracie (zie foto) alsnog heeft moeten oormerken. Onder andere schrijft ze: ‘Ik heb elke maand netjes de licentierechten afgedragen. Maar dat oormerk… Mille sabords, wie verzint zoiets?!’

Als bekend behoort de draadharige foxterriër tot het intellectuele eigendom van de NV Moulinsart. In België en Frankrijk betalen eigenaren maandelijks honderd euro gebruiksrechten aan de erven van Hergé. Deze buitengewoon onpopulaire Milou-heffing wordt op grote schaal ontdoken. Met de oormerkverplichting hoopt Moulinsart de controle op wanbetalers te vereenvoudigen.

donderdag 29 oktober 2009

Beeldrechten


Stel, je bent een makelaar met een passie voor art nouveau. Voor 3,5 miljoen euro verwerf je een imposant herenhuis aan de Louizalaan in Brussel, in 1903 ontworpen door niemand minder dan Victor Horta. Voor nog eens een half miljoen laat je het restaureren en de foto’s van die magnifieke opknapbeurt zet je op je website.

En dan… gaat de telefoon.
De erven van Victor Horta.
Of ze even € 9000,- van je mogen vangen. Voor de beeldrechten. Van je eigen huis dat je met je eigen centen hebt opgeknapt!

De Vlaamse nieuwsrubriek Terzake liet zich door een gebelgde Michiel Gilbert rondleiden. Een ongemakkelijk verhaal. Maar halverwege de reportage krijgt de cameraman plots een bekend artefact in de smiezen. De kijker mag dan even gniffelen over een grap die veelzeggend is over het huidige imago van die andere erven:

Missiepost Belgisch-Kongo (1929)



Duchtig geconstipeerd door de valse noten van de N.V.Molensloot, zocht ik verlichting bij Welcome, een ironisch getiteld migrantendrama. De film drukte me met de neus op een lompe paradox. We zonden missionarissen naar het zwarte continent opdat de inwoners samen met ons in de hemel konden komen. En we vertikken het om ze toe te laten in ons land en ons vergankelijke aardse bestaan.

woensdag 28 oktober 2009

Uitgekleed (2)



Pluk de dag en doe dat bij voorkeur bij je vrienden.

Les Amis de Hergé kreeg voor beeldgebruik in één nummer van het tijdschrift een factuur van € 12.000 plus een forse boete van nog eens € 12.000. De boete werd na betaling kwijtgescholden.

Generation Tintin, de Zweedse vriendenclub, werd geacht € 45.000 op te hoesten. Na onderhandelingen willen Fanny c.s. nu minimaal € 7.000 ontvangen.

TintinCat, de Kuifje-club uit Cataluña: € 84.000. De Catalanen zijn nog aan het onderhandelen, het bedrag is omlaag gebracht tot € 17.500.

Hergé Genootschap: € 35.000. Men is uitonderhandeld en wacht de zaak verder af.

Bij Tim - Das Magazin viel geen rekening op de mat, maar men heeft al een jaar geen tijdschrift durven uitbrengen. Moulinsart heeft de Duitsers knap van het veld geschopt, de club is op sterven na dood.

Met dank aan Franklin P. Scudder voor de cijfers.

Uitgekleed



Curieuze vondst in de eigen werkkamer, dit tableau de la troupe, uit een Métal Hurlant van bijna drie decennia her. Van links naar rechts en van boven naar beneden: Moebius, een belachelijk jonge Serge Clerc (nog geen 25, in een zwembroek van Alban de Minville), Alain Voss, Loustal, Ted Benoit (indrukwekkende nabootsing van een register-accountant...), jongeheer François Schuiten, Tramber, Frank Margerin en, daar is ie weer, Yves Chaland.

En hoezeer ik daarna mijn werkvertrek ook overhoop haalde: een blik op de lingerie van Hergé c.s. (wat zou de formidabele kostuumontwerper Edgar P. Jacobs gedragen hebben?) was me niet vergund. De uitkleedpraktijken van Fanny & Nick zijn alleszins van later datum.

dinsdag 27 oktober 2009

Paytime (2)


Bon, Garcia schreef vijf boeken over Hergé. Oplage: een schamele 500 exemplaren per titel. En ja, enkele daarvan bevatten een aantal afbeeldingen van de hand van de Tekenaar. Citaatrecht (zou men wensen). Maar Rodwell c.s. lieten het er niet bij zitten en dit is, na vier jaar procederen, het finale prijskaartje:


Ondanks aandringen geen compromissen mogelijk: uiterlijk op 28 oktober te voldoen. “Ik ben,” schreef Garcia gisteren, “onder andere veroordeeld tot het verwijderen van het beeldmateriaal uit mijn subversieve boek over Hergé en Jules Verne. Dit vormt een reëel probleem, want het boek bevat geen enkel beeld van Kuifje…”
En de auteur die zijn huis dreigt te verliezen, voegt er droogjes aan toe: “Ach ja, die Rodwell heeft een aangeboren gevoel voor humor. Hergé kon zich geen betere vertegenwoordiger wensen!”

Afgehamerd (2)


En de wrakstukken van CIGARES? Die dobberden onverkocht verder. Met een verwijzing daarnaar zond D. me deze smakelijke plaat van Yves Chaland (uit Stripschrift, september 1982):


Prompt waren daar weer de herinneringen aan R. die een fors aantal albums met verbluffend vakmanschap voor me heeft opgelapt.
Te vroeg gestorven, net als Chaland.
Maar hém kwam ik onlangs nog tegen, in een tamelijk onverbloemde pose (morgen meer…).

maandag 26 oktober 2009

Afgehamerd (1)



Wat doet de knecht en wat doet de meester? De veiling als graadmeter. Links Jacques Martin, rechts Hergé: twee inkttekeningen uit december 1960. Alex en Enak bleven steken op € 1800,- (veiling Banque Dessinée, gisteren, 25 oktober). Kuifje en Haddock werden afgehamerd op € 25.000.
In onnozelheid ontlopen deze bedragen elkaar juist niet. Ook (zelfs) na 31 jaar verzamelen is mijn primaire reactie: daar kun je waarachtige en waarlijk mooie kunst voor kopen.*)


*) Hier moet ik mezelf wel terechtwijzen: als de prent van Hergé een dédicace was in een album, had ik anders gepiept...

vrijdag 23 oktober 2009

Gesteven kraagje


Betoverd door de fraaie titel (‘Een boktor met een gesteven kraagje’) las ik de verhandeling van Joost Pollmann over het menselijke van dieren in strips. De auteur geeft zijn boek als motto een oud Vlaams grapje mee:

Wat is het verschil tussen Kuifje en Bobbie?
- Bobbie heeft geen hond.

De Waalse variant is leuker, want filosofischer:

Wat is het verschil tussen Tintin en Milou?
- Milou heet geen hond.

donderdag 22 oktober 2009

Leven!



Alpe d’Huez, 2 januari 1949. Hergé in bed met de Franse editie van The importance of living van bestsellerauteur Lin Yutang. En hé, zien we daar een spottend lachje bij de Tekenaar om een van Yutangs vele simpele wijsheden? *)

Yutang schreef dit prototype van alle latere ‘Don’t worry, be happy’-gidsjes al in 1937. Overigens had de man ook Zonnebloem-aspiraties. Hij ontwikkelde de eerste bruikbare Chinese typemachine en is tevens uitvinder van de tandenborstel met ingebouwd tandpastareservoir.


*) Mijn favoriet: ‘Wie precies om vijf uur ergens moet zijn, heeft een verknoeide middag voor de boeg’.

woensdag 21 oktober 2009

Geen woorden meer


D. mailde me een link naar de veilingcatalogus waaruit ik begin vorige week citeerde en schrijft: Omdat woorden tekortschieten. Sterkte!

Dubbelklik en…:


Ironie maakt het leven draaglijk, zoveel is zeker.

dinsdag 20 oktober 2009

Getekend


Zondagochtend nam ik de metro naar Union Square en wandelde naar Gramercy Park, een fraai en overigens ontoegankelijk stadsplantsoen. Je moet in een van de omringende, neo-klassieke herenhuizen wonen om een sleutel van het hoge ijzeren hek te krijgen. Erg irritant, zulke private lapjes groen in een overvolle stad!
Maar de gelijknamige buurt is rustig en innemend en je kunt er, ontdekte ik ooit, weldadig kuieren. Herman Melville woonde en werkte er, en Nathanael West die ‘The day of the locust’ schreef: navrante roman over schlemielen die zich halsstarrig ophouden in de omgeving van filmsterren in de hoop ontdekt te worden.

’s Middags, tijdens een urenlange vertraging op de luchthaven, peinsde ik over Popo, de schlemiel die zich koppig vastklampte aan de schaduw van Hergé. Maar bovenal somberde ik over de man erachter, iemand die zich halsstarrig ophield in de omgeving van het leven en dat evengoed tussen zijn vingers zag wegglippen.

maandag 19 oktober 2009

Herdenken


J.’s uitvaart is thematisch vormgegeven door een funerair designbureau, iets wat in dit land niet ongewoon is. Dus schuifelen we naar het graf door een haag van ingehuurde kinderen die foto’s ophouden. J. in het krik-kraktenue van de Luchtmacht. J. drukt de hand van Stan Getz op North Sea Jazz. J. op huwelijksreis met zijn verongelukte Pauline...
Enfin, deze laatste gang is oorverdovend.
En tijdens de dienst stond zijn fiets met verwrongen wielen tegen de kist.
Ik denk aan de tomeloze Boudewijn Büch die toch ook opmerkte: ‘De dood dient te blijven zoals hij is en vooral ongelooflijk stil’.

Rustig is het pas in de hotelkamer waar de eenzaamheid en de vergeefsheid van dit alles me bij de strot grijpen.

Plaatje! (Lees: uitweg)


Hergé leest Andy Warhol voor uit TIBET, New York, april 1972.
Dat is precies 450 maanden geleden.
Nick! Fanny! Waar blijven de herdenkingszegel en de gelegenheidsmunt?

donderdag 15 oktober 2009

Troost


‘Denkend aan de dood kon ik niet slapen, ik telde louter dode schapen.’
Cynische troost van Gerrit Komrij.
Om vier uur wipte ik het bed uit en zette Idle moments van Grant Green op, als laid back in memoriam voor de jazz-gekke J.

Maar geen woorden verder. Morgen (weer...) met Northwest naar New York, zaterdag (weer...) met lood in de schoenen naar een uitvaart die niemand heeft voorzien.

Plaatje!


Germaine, 1936. Met Jocko de aap. Tja, wat een onschuld.

woensdag 14 oktober 2009

(...)


Je filosofeert wat over de herfst, over verval. En zonder dat je er erg in hebt, scheurt elders een levenslijn.
Gistermiddag. Ontstellend bericht. Vriend J. op weg naar zijn werk verongelukt.
In de hal van zijn appartement in Brooklyn waar hij zijn rijwiel stalde (ik heb er als frequente gast nimmer gebruik van durven maken) hangt ook een portret van zijn eerste vrouw. Kort na het huwelijk opgeslokt in de dode hoek van een uitzwenkende truck.

Die harteloze, gore ironie van het lot.

dinsdag 13 oktober 2009

Ondertussen, in Reetveerdegem


In ‘De helaasheid der dingen’ wijdt Dimitri Verhulst een hoofdstuk aan de hobby van een kleurloos jeugdvriendje. Deze Franky verzamelt treintjes van Märklin. Volstrekt onorgineel, schrijft Verhulst, maar, vervolgt hij:

...dat is nu eenmaal eigen aan een verzamelaar. Hij moet zich kunnen meten met andere verzamelaars. Er zijn ontelbaar veel objecten maar alle werkelijke verzamelingen zijn terug te brengen tot steeds datzelfde honderdtal onderwerpen. Omdat je iets moet verzamelen wat een massa andere stakkers ook verzamelt. Biologen kunnen daar vast iets leuks over vertellen.

Afgezien van de overbodige voice-over vond ik de film overigens net iets beter dan het boek.

maandag 12 oktober 2009

De tijd verwondt (2)



Lot 495 (veiling Banque Dessinée, 25 oktober):
een doosje verpulverde sigaren met een richtprijs van € 400-500.

vrijdag 9 oktober 2009

De tijd verwondt


In zijn laatste levensjaar. Een halve eeuw eerder.
En alles eindigt in verval.
De Verzamelaar die de vijftig is gepasseerd, sluit er liever de ogen voor. Maar zwijgen doet hij niet, want het is herfst en in de herfst neemt men geen blad voor de mond.

donderdag 8 oktober 2009

Beelden


Woensdagavond. Pestpokkenweer. Hoe beter ik luister, hoe harder het regent.
‘Kijk eens naar die druppels op het raam,’ zeg ik tegen S., ‘en je ziet interessantere beelden dan in één jaar Nederlandse cinema.’
Er zeilt een polderthriller door de lucht die ik net weet te ontwijken.
Deze vrouw heeft nog nooit met mijn albums gesmeten en ergens neem ik dat haar kwalijk.
Het beeld windt me op.

woensdag 7 oktober 2009

dinsdag 6 oktober 2009

Onbevangen blik


Het buurjongetje (9) kijkt heel kort naar datgene wat ik de afgelopen dertig jaar heb verzameld. En zegt: ‘Waarom hebt u allemaal dezelfde boeken?’


...



De waarheid is dat we de waarheid niet aankunnen.

maandag 5 oktober 2009

Oom Aalderik


The Comics Reporter*) nam de derde en laatste afbeelding uit mijn vorige posting over onder het kopje Ghost Of Hergé Clearly Delineated.
Een dag later en een luide bezoekersexplosie verder was het prentje weer verdwenen. Schielijk weggemoffeld en niet onterecht, want natuurlijk was dit geen foto van de geest van Hergé. Wat het wél was: een bewerkt, twintig jaar oud portret van mijn oom Aalderik uit Bolsward.

We zijn geneigd datgene wat we zien te interpreteren in het licht van wat we verwachten te zien. En dus wordt de schimmige foto van een Friese fietsenmaker bijna vanzelf een spookportret van een beroemd tekenaar. Niet omdat dat nou met zoveel woorden is gezegd, maar enkel omdat de blik vertroebeld is door een klein snippertje informatie: dat het beeld geschoten is in de nabijheid van het graf van Hergé.

Hoe meer we denken te weten, hoe meer we denken te zien. Zelfs een onschuldige grafsteen op een verlaten kerkhof wordt op die manier duizelingwekkend betekenisvol. Tussen de regels van het opschrift vinden de biograaf en de blogger elk hun eigen werkelijkheid.
Maar kan de waarheid, zo vroeg ik me af, dan alleen maar gevangen worden met een onbevangen blik?

(Morgen pijnlijk uitsluitsel)

*) Klassiek-enerverende naam voor een website: tenminste, ik moest onmiddellijk aan de stijfhoofdige Lou Grant denken - en aan de foto van Lucien Pepermans, als triomfantelijk terugkerende verslaggever, op het Rogierplein, Brussel, 8 mei 1930.

donderdag 1 oktober 2009

Dodelijk dilemma (3)


Een zwart-witafdruk op bariet in aangezet contrast van (oorspronkelijk) een kleurenopname. De foto is gemaakt op het Cimetière du Dieweg, nabij het graf van Hergé:


De lichte verkleuring in het midden valt nauwelijks op (en is op het origineel met het blote oog zelfs niet waarneembaar). Maar in een vergroting met extra zwaar contrast:


Laten we in dit uitzonderlijke geval eens erkennen wat we hier menen te zien. We zoomen dan nogmaals in, blazen de grijswaarden op, geven de achtergrond een laatste full contrast en…:


Geloven is zeker weten dat je twijfelt. Ik houd van spookverhalen, maar ben geen believer.
En toch.
En toch.