Tijdens de jaren van de laatste Argentijnse militaire dictatuur hebben veel mensen hun boeken in wc-potten en in badkuipen verbrand en hele verzamelingen achter hun huis begraven. Ze waren evident gevaarlijk geworden. De mensen maakten een keus tussen de boeken en hun eigen leven en werden zo hun eigen beul.*
B. die me ruggengraatloosheid verwijt omdat ik, ondanks alles, nog steeds niet ben gestopt. Met een blonde Maredsous en een irritante onbuigzaamheid filosofeert hij over de aard van de dictatuur die mij zal dwingen afstand te doen van mijn collectie. Het totalitarisme als laatste redmiddel voor de verzamelaar die maar geen afscheid kan nemen.
Maar linksom of rechtsom, welk schrikbewind zal zich nog opwinden over het geesteskind van Hergé?
‘Elk schrikbewind,’ zegt hij ten slotte. ‘Ga maar na. Despoten gruwen van transparantie. De Klare Lijn is dus een natuurlijke vijand en hun eerste slachtoffer.’
Ik denk aan de antieke, geëmailleerde Engelse badkuip waar S. op de Zavel verliefd op werd en die zij zichzelf, heel genereus, cadeau deed. We kunnen er met zijn tweetjes in, maar verdomd: als het erop aankomt, is hij veel te klein.
* Uit: Het papieren huis, Carlos María Domíngues